PEI is Canada’s kleinste provincie. Wij reizen naar dit eiland via de veerpont. Gewoon aanschuiven en kijken of er plek is. Bovendien gratis. Door de hoogte van het bussie staan we tussen de Freightliners, Macks en Peterbilts. Geen gezicht, haha. Overnachten doen we hier bij verschillende Lighthouses met prachtige namen. Zo staan we bij de Bear Cove Lighthouse, de Cape Tyron Lighthouse, Cape Egmont Lighthouse en bij Blockhouse Point Lighthouse. Allemaal te bereiken via zogenaamde ‘dirt’ roads. Je rijdt dan over die mooie rode grond van hier waar het eiland ook om bekend is. Door de vele regen van de afgelopen tijd (en gedeeltelijk tijdens ons verblijf) was dat vaak lekker modderig, glijden en grote kuilen en plassen met beleid nemen. Dat rood staat overigens wel mooi bij het blauw van ons bussie ;). Waar we staan zien we ook coyotes, veel eekhoorntjes en in de baai zeehonden. En tegen de kliffen aan enorm veel watervogels die tegen de avond op jacht gaan en zich dan van grote hoogte naar onder de zee in storten. Een prachtig gezicht en een mooi geluid als ze het water raken.
Een prachtig eiland. Zeker wanneer hier de zon schijnt, kijk je je ogen uit. Afwisselend, kliffen, landbouw, bossen, weilanden, kleine huisjes en cottages, Frans en Engels tegelijkertijd en dan Canadees opgezet zeg maar. Ons bussie met NL kenteken doet het goed hier en onze namen op de bus komen van pas. Zo worden we plots aangesproken wanneer we op de kaart kijken; ‘hi Paul, hi Mariska, are you guys lost?’. No, we are just looking for an awsome coffee… Dan krijgen we zijn geheimtipp mee, ‘go to Summerside, just around the block’. Daar gaan we naar toe en hij heeft niets gelogen. Top tentje. Een ander (US) stel; ‘awsome your car, we can’t buy it in the States…’. Of, ‘Brave what you guys are doing…, we would like to but we don’t dare to…’. Staan wij lekker boven op zo’n klif, beetje koken, wijntje, beetje rondkijken en vooral genieten.
Canada’s Day. Het vieren van de Confederation, Nationale feestdag dus. Die valt hier wat in het water (door het weer, wind en buien). Iedereen vrij en dus extreem rustig op de weg. We maken er maar een wereldreis in een wereldreis van (beetje melig zijn we). Zo doen we Alaska aan, Brooklyn, Norway en North Cape. Oh ja en niet te vergeten Wellington (hebben we alleen geen fotootje van ;). Afsluiten doen we onze wereldreis bij Carrs Oyster Bar. Omdat we hier in het gebied van de oesters, mosselen en kreeften zitten moeten we die zeker proberen. Zo gezegd, zo gedaan. En smullen hoor, schortje om en lekker eten met de handjes zoals dat hier gaat ;). En hoe aardig is het dan dat we wakker worden en het schip de ‘Zaandam’ van de Holland America Line voorbij vaart aan ons stekkie…. We bezoeken nog een park dat de geschiedenis van de Acadians uit de doeken doet. Fransen die hier door de Engelsen verdreven en gedeporteerd zijn. En de oorspronkelijke bewoners (Mi’kmaq) die ook aan deze vete ten onder zijn gegaan. Het is er hier behoorlijk aan toe gegaan zo blijkt. Vandaar ook dat de Franse cultuur zo enorm in stand wordt gehouden. Daar gaan we de komende tijd meer van zien en horen.