Vroeg op pad richting de grens. Dat verloopt soepeltjes. Bedenk eens dat je hier vrachtwagenchauffeur bent…dan sta je al zo’n 10 km voor de grens in de rij, in tunnels, langs de weg, stil…af en toe schuif je een vrachtwagen op… Wij rijden er rustig langs op. Bij de Turkse uitreis douane gaat het makkelijk; ‘Holland?’ Sneijder, best player Galatasary. En verder kunnen we. Ik zal Wes een appje sturen ;). Dan Georgië in, gaat ook okay. Al moeten ze wel even wennen aan de auto, checks van chassis nummers, is ’t echt een 4×4, al die aanpassingen. Duimen gaan omhoog, vinden ze mooi. We wisten dat we na de grens op 12 km een verzekering kunnen kopen. En we wisten dat er mannetjes bij de grens staan die je willen ‘helpen’, tot het opdringerige af. Dus deurtjes dicht en doorrijden en vriendelijk lachen en wijzen. Ze rennen zelfs met het bussie mee. We fixen een verzekering voor 14 dagen (een tientje) en gaan langs een supermarkt. Altijd weer een feestje, supermarkt in een nieuw land!
Op naar een minicamping, tip van de iOverlander app. In de bergen, 20 km van Batumi. Een prachtige route. We kunnen het echter niet vinden…komen een Georgiër met een bijl en een hond tegen ;). No English. Russia! Cigaret? Haha. Met z’n bijl tekent hij de route in de grond, zo komen we er ook wel. Toch een verkeerde investering dat Spaans…. Minicamping ziet er top uit en is gesloten. Dus plan B; ’n plek aan de Zwarte Zee, bij de stad. Overigens lopen de gasleidingen hier bovengronds.
We bezoeken Batumi. Het regent de hele dag. Maakt de stad wel wat somber. De mix van gebouwen is interessant. Van zeer modern tot mooie grote oude herenhuizen, een aantal mooie en bijzondere oude kerken (waaronder ook een Armeense) en echte oude, vervallen en toch deels bewoonde, sovjetflats. Een behoorlijke drukte overal, meer getoeter in de straten en toch voelt het allemaal wel relaxed. Fijne mensen die Georgiërs en uitermate vriendelijk en behulpzaam. We hebben trek, zoeken een aardig restaurant op en laten ons verrassen door wat de keuken te bieden heeft (en dat is erg lekker). Het internet is hier snel en we kunnen zelfs, onder het genot van een goede Georgische wijn, de site van een nieuwe post (Turkije) voorzien. Bovendien hebben we nog een recept gescoord; zelfgemaakte mosterd. Heerlijk was die. Eerst even zoet en dan hakt ie er ‘wasabi-achtig’ in. We krijgen van de chef een klein plastic bakje mee voor in ons bussie. Om de calorieën (dat waren er nogal wat met het varkensspek, de lamsribbetjes, de lever/nieren/longen [lokale specialiteit], voor Mariska overigens een gezonde dorade, en de zelfgemaakte honingtaart….pwiewh lekker) nog wat te compenseren maken we nog een lange wandeling door de stad. Bij de boulevard zien we de dolfijnen zwemmen. Ze zijn er dus echt nog in de Zwarte Zee! Mooi om te zien. We scoren een paar nieuwe Nike gympen en gaan terug naar ons stekkie. Met dodenherdenking liggen we in ons daktentje en houden 2 minuten stilte…
We ruimen hier ook eens even een hele zak plastic bij elkaar. Dat lukt je zonder problemen in een minuut of vijf! Wat zouden de Georgiërs denken die nu langskomen, terwijl ze vriendelijk zwaaien? Eigenlijk is het echt reuze zonde zo’n mooie plek/land en dan zoveel troep.
We rijden naar Kutaisi via het binnenland. En dat is mooi, heel mooi. Dorpjes zijn ook mooi, sommige vervallen, bijna onbewoond. Je ziet statige huizen, met een mooie voorgevel en alle ander gevels (minder in het zicht) afgewerkt met golfplaten/ijzeren platen. Flats, die stammen uit het sovjet tijdperk. Soms slechts de helft bewoond en de ander helft compleet vervallen. Een bijzonder gezicht. Zo rustig en behulpzaam als de mensen hier zijn zo idioot rijden ze. Inhalen op plekken waarvan je denkt kan niet. Nou, het kan wel, en de andere bestuurders worden er niet warm of koud van. Dus goed opletten, met z’n 3-en naast elkaar geeft weinig bewegingsvrijheid en de wegen zijn ook om alert te zijn. Veel gaten en kuilen op onverwachte plekken. En neem bochten niet teveel aan de binnenkant want daar kan het zo maar zijn dat je in een gat van een halve meter duikt.
De vergezichten zijn geweldig dus het is een genot om hier te rijden. Je ziet bijzondere taferelen die we niet allemaal op de foto krijgen. Bijvoorbeeld, neem de bus en gooi je scooter op het dak van de bus. Deur tot deur vervoer. Of een auto met 4 matrassen op het dak, niks imperiaal, gewoon touw door de open ramen en beetje bukken binnenin. Of alle kippen in hokken op het dak vastgebonden, zo’n 1,5 bij 1,5 meter. Overigens kost een kip hier langs de weg 2,50 Lari (0,80 eurocent). Volgens de iOverlander app ligt in Kutaisi een hotel waar we kunnen parkeren, gebruik kunnen maken van de douches en de was kunnen laten doen. Goed vooruitzicht. Daar aangekomen wordt ons gevraagd waarom geen kamer? Voor 20 euro. Laten we dat dan maar doen, net zo comfortabel. Althans. Mariska heeft lekker geslapen, ik wat minder, enorme kraakbedden. Wel alle was schoon, lekker door de stad gewandeld, over de food market gelopen. Kutaisi doet armoediger aan, weer zo’n mix van grote statige sovjet panden, enorme verouderde flats, is toch ook wel wennen. Wanneer je de geschiedenis van Georgië er op naslaat dan heeft het land ook wel wat te verduren gehad door de jaren heen. Meer dan 50% leeft hier onder de armoede grens maar de potentie van dit land is door zijn natuurschoon en de gastvrijheid van de mensen enorm.
Op meerdere plekken in dorpen en steden staan openbare fitnesstoestellen. Je traint op basis van bodyweight. Laat er nu ook een vlak bij het hotel liggen. Mooi wat rondjes hardlopen, fitnessen. Dan kunnen we ons daarna op pad begeven richting Zestaponi (of Zestafoni). Een oude industrie stad, met ook vele oude vervallen fabrieken maar ook nog werkende exemplaren. We zien hier ook hoe belangrijk de religie hier is wanneer we een orthodoxe kerk bezoeken. Jong en oud slaan kruisjes bij het zien, betreden en weer verlaten van de kerk. Er is hier een restaurant, dat ligt naast het spoor (zo’n industrieel spoorcomplex). En dan in de kelder van het pand. We besluiten toch maar te proberen, we hebben inmiddels trek, het is al ver in de middag. En ons ontbijtje bestond uit komkommer en paprika. Er zitten hier alleen maar Georgiërs, hele families. We nemen kip met brood en dat is heerlijk! Opeens staat één van de Georgiërs van de tafel achter ons met 2 glazen met sterke drank, tjsatjsa genaamd, bij ons aan tafel. Inderdaad sterk spul. We proosten met elkaar en als ze weggaan komt hij weer naar ons toe en geeft ons de Coca-Cola fles waar het zelfgestookte goedje inzit. Is nog een halve liter. Mogen we hebben, zelf gemaakt van druiven. Zo aardig, weer een mooie ervaring!
Op naar Borjomi. De plek waar vroeger de rijke Russen en Partijbonzen naar toe kwamen, een soort kuuroord. De plek is even zoeken, onverhard pad, langs een riviertje, riviertje doorwaden en dan komen we op een veldje. Daar staat een 2 overlanders; een Belg met een geprepareerde Defender die gaat en staat waar hij op dat moment zin in heeft, een Zwitsers stel met een net als ons geprepareerde T5 (onderweg naar Mongolië). Verder nog een Duits stel met een gehuurde Georgische camper en een Tsjechisch stel (zij slapen onder de sterrenhemel, hebben geen auto, zijn backpackers). Gezellige boel dus. Kampvuur aan, drankjes er bij en sterke verhalen vertellen. Onze tjsatjsa komt goed van pas!
We bezoeken Gori, de geboortestad van Stalin. Het is de dag van de overwinning (WO II) die hier door iedereen gevierd wordt, dus ook bij het Stalin museum. Veel pers op de been en zelfs een demonstratie; ‘no nato = no war’ lijkt de kernboodschap. Wie zou die demonstratie gesponsord hebben? Dat vroeg ook een professor die in Rusland gespecialiseerd is uit de USA zich af toen ik met hem stond te kijken en even wat foto’s ging nemen. Hij wist alles van Rusland, van de oorlog en van Stalin. Het verhaal door de gids was nogal mooi opgepoetst. Ze kampen hier duidelijk met een innerlijk conflict; moeten we nu trots zijn dat Stalin hier vandaan komt of juist niet, wetende wat hij allemaal op z’n geweten heeft…daar wordt overigens met geen woord over gerept. Alleen als de professor in een een-tweetje met de gids het er over heeft komt een meer eerlijk verhaal. Wel mooi om meegemaakt te hebben.
Onderweg naar Tbilisi. We overnachten aan de rivier de Koera. Daar komen we via een muddy, bumpy road. Mag de pret niet drukken, de ondergrond is hard genoeg om doorheen te rijden en met overal bomen en palen, lierplekken genoeg mocht het mis gaan ;). De nacht wordt onrustig. Heel veel onweer en regen. En wat stress omtrent onze visa die naar Tbilisi zijn gestuurd. Of die goed aan zullen komen is de vraag. Post NL heeft (zo bleek uit de track & trace) het juiste adres gebruikt alleen de geadresseerden wat gewijzigd. Niet Mercure maar Embedding. Als dat maar goed gaat. We bellen direct met Post NL, met UPS, met het hotel met instructies dat het toch echt goed moet gaan… Dat, samen met de regen en het onweer, levert een onrustig nachtje op.
In ons hotel (jawel, we gaan 3 dagen lekker luxe in een hotel zitten) weten ze van onze visa af. Een geruststellende gedachte. Zij bellen naar UPS voor ons en het blijkt dat ons pakket daar al is aangekomen en voor maandag op leveren staat. Laten we daar maar niet op wachten, we gaan het meteen (op zaterdag) al ophalen. Mongolië is daarmee dichterbij gekomen. Tbilisi is echt een prachtige stad, met een heel mooi oud deel dat al is opgeknapt. Een oud deel dat nog echt vervallen is maar heel veel potentie heeft als het wordt beetgepakt. De nieuwe stad heeft een mooie mix van nieuw/strak dat samengaat met de oude panden. Echt fraai. Wanneer de ontwikkeling zich hier zo doorzet wordt dit echt een heel hippe stad. En eten kun je hier voortreffelijk.
Na 3 dagen (!) heerlijk ontbijtbuffet, fitnessruimte, massage, een ruime kamer waar je goed in rond kunt lopen en zeer vriendelijke en behulpzame bediening (ons bussie is zelfs van binnen schoongemaakt en het water is bijgevuld!) gaan we weer op pad. We willen het cave klooster van David Garedza bezoeken. Dat ligt aan de grens met Azerbeidzjan. Die David heeft me toch een epische weg aangelegd. Bumpy road is niet de juiste omschrijving. Het wordt een uur of 2,5 slalommen, gaten en kuilen ontwijken, met 2 wielen in de berm en de andere 2 op de weg, nou ja weg. En veel plassen water en modder van het onweer van gisteren. Bussie ziet er top uit. De monastery is prachtig, in de middle of nowhere, deels uitgehakt in de rotsen.
Overnachten doen we in een dorpje nabij de burcht van Manavi. We vragen of we in het dorp mogen blijven staan op een grasveldje. Dat mag. En even later zit ons bussie vol. Met Iso, Medico en Lilly (van rechts naar links). Allemaal hebben ze iets meegenomen. Zelfgemaakte cake, …., appeltjes, walnoten, chocolade, zelfs bloemen met een vaas. En de plaatselijke herder, die wij trakteren op onze tjsatjsa, komt terug met zijn eigen versie. Die mogen we hebben. Wij mixen die met die andere en zo hebben we weer 0,7 liter van dat spullie.
Vandaag onderweg naar de Georgian Military Highway. We hebben daar met de Zwitsers afgesproken, Daniel en Margit. Wij rijden via Tbilisi, kunnen we nog een Carrefour plunderen en alvast wat inslaan voor naar Rusland. Nog een paar oplaadstekkers scoren, kun je er niet genoeg van hebben blijkt. Het is een mooie tocht richting de highway, om bij de kampeerplek te komen hebben nog een goede bumpy road te doen. En een heel smal bruggetje. Past allemaal net en het metaal waar we over rijden piept en kraakt.
We bezoeken het klooster Anaturi. Een soort van citadel. En daar is het druk, de eerste keer dat we veel bussen zien, heel veel bussen. We hebben mazzel want er zijn ook schapen en geiten. Heel veel schapen en geiten. Zoveel dat er een complete traffic jam ontstaat. Mooi, lekker foto’s schieten van de chaos! Verder de highway op, een mooie route, kun je niks van zeggen, maar je had ook in de Alpen kunnen rijden. We komen door een skigebied, ook dat is erg in ontwikkeling en dat is te zien. Veel wordt er gebouwd, zo ook hier weer vervallen en nieuw door elkaar. Hoe zal dit gebied er over 10 jaar uitzien? We bezoeken nog het vrijheidsmonument van Rusland en Georgië. Best mooi maar och och wat maken ze er een puinzooi van. Overal plastic, overal zooi. Wat ontzettend jammer!
Wij overnachten bij Kasbegi, dicht tegen de Russische grens aan. We komen er via een behoorlijk straf paadje. Gelukkig zijn er ook olifanten paadjes, die rijden een stuk beter dan de weg zelf, vanuit de lucht is dat mooi te zien. Omdat we tijd hebben vanmiddag kunnen we ook vast onze grensovergang voorbereiden. In een boekje schrijf ik de nodige dingen op die we bij ons hebben, vertalen naar het Russisch en dan in zowel Engels als Россия noteren. Ik hoop dat ze er zo blij van worden en reken op een smooth grensovergang. We maken een prachtige lange wandeling, 17,8 km, 24.767 stappen volgens de i-phone app. De bergen in. Uurtje of 4 stappen. Onderweg uiteraard schapen met herders, ’n boze en gestreste koe met 4 kalfjes. Een koe was zo gestrest dat die een klimgeit na ging doen. Echt gewoon steil de berg op, met gevaar voor eigen leven. Dat een koe dat kan?! Dat wandelen zorgt er ook voor dat we lekker moe de middag/avond doorbrengen. De laatste voorbereidingen treffen voor de grens, we willen vroeg vertrekken, om 5 uur opstaan en om 6.15 naar de grens. We vinden een weer een top plek, aan een stroompje. Handig om te wassen ;). Nog even een boodschap doen in Kasbeki, ‘gewoon’ onder een berg van 5047 meter hoogte in de Kaukasus! Prachtig. Op naar Russia, ‘nagwamdies (bye bye)’ Georgië!